Naast de para-atleten, Richard Murray en Rachel Klamer verbleven er zes NTC-atleten van 6 februari tot 1 maart in Namibie voor een hoogtestage. De atleten Mitch Kolkman, Hidde Mollee, Niels van Lanen, Luna de Bruin, Robin Dreyling en Ian Pennekamp werden ondersteund door begeleiders Marcel Wouda en Jelmer van Waveren om zich klaar te stomen voor het komende seizoen. Bondscoach van Waveren kijkt terug op een geslaagde eerste stage van het jaar.
”We hebben de afgelopen drie weken met ontzettend veel plezier in Windhoek getraind. De atleten hebben tijdens de trainingen mooie stappen gezet en we hebben met veel (onderling) plezier de trainingen uitgevoerd. Marcel en ik zijn zeer tevreden hoe het gegaan is! Door een valpartij is Niels helaas eerder naar Nederland gevlogen om aan zijn herstel te werken. Inmiddels gaat het goed met hem en heeft hij ook weer een aantal trainingen hervat. De andere atleten hebben onder goede en zonnige omstandigheden kunnen werken.”
Aangezien het op hoogte trainen nieuw was voor de meeste atleten, gaven de coaches vooraf aan dat het belangrijk was om in de beginperiode rustig te trainen en niet direct maximaal in te spannen. De vrij jonge selectie met atleten tussen de 18 en 21 jaar kregen tevens mee om hun rusttijd goed te benutten. Naast de trainingen en studeren was er ook tijd om de omgeving te verkennen.
”De doelstelling vooraf was om een goede basis te leggen voor het komende seizoen. Daar zijn we zeker in geslaagd! De effecten van het trainen op hoogte zullen de atleten de komende periode bij thuiskomst ervaren. Voor de meeste atleten was het de eerste keer om op hoogtestage te gaan. Het is dan belangrijk om goed te monitoren op welke manier er bijgestuurd moet worden.”
”De nieuwe ervaringen zijn belangrijk en erg waardevol. We verwachten dat de atleten veel baat hebben gehad van deze periode. Niet alleen op trainingsgebied maar ook voor het groepsgevoel was het een geslaagde trip. Al met al hebben we de weken als erg positief ervaren, zowel tijdens als buiten de trainingen. Wij als coaches verwachten ook dat we, met het oog op de toekomst, met alle opgedane kennis en informatie weer verder kunnen werken.”